Natuurinclusieve landbouw: een nieuwe benadering?
Het toepassen van natuurinclusieve landbouw is niet nieuw, maar de afgelopen tijd wel steeds meer in het nieuws. Sinds de overheid de term in 2014 introduceerde in de ‘Rijksnatuurvisie 2014 Natuurlijk verder’, wordt er steeds meer over het onderwerp geschreven, zijn er verschillende initiatieven in het leven geroepen en worden er uiteenlopende evenementen georganiseerd rondom dit thema. Zo bezocht ik dit voorjaar de interessante ‘Inspiratiedag Natuurinclusief Platteland’. Hoog tijd om dit begrip eens nader te bekijken.
Wat is natuurinclusieve landbouw?
Onder natuurinclusieve landbouw verstaan we het streven dat landbouw zorgt voor natuur, daarnaast gebruik maakt van natuur en tegelijkertijd ook de natuur spaart. Op deze manier wordt landbouw minder belastend voor de natuur en daarmee omgevingsvriendelijker.
Het produceren van hoogwaardig voedsel, een lagere belasting van het milieu, het realiseren van de klimaatopgave, verbetering van de biodiversiteit en het verhogen van de belevingswaarde van het agrarisch landschap; de agrarische sector staat voor een flinke opgave. Om aan deze opgave te kunnen voldoen is betrokkenheid van beleidsmakers, retailers en consument absoluut noodzakelijk.
Dit is dan ook onderdeel van de boodschap van minister Schouten in haar Visie Landbouw, Natuur en Voedsel: Waardevol en Verbonden, waarmee zij inzet op een omslag naar Kringlooplandbouw in 2030. Bij kringlooplandbouw komt zo min mogelijk afval vrij, is de uitstoot van schadelijke stoffen zo klein mogelijk en worden grondstoffen en eindproducten met zo min mogelijk verliezen benut. Volgens de minister kan natuurinclusieve landbouw het concept kringlooplandbouw versterken en een belangrijke bijdrage leveren aan het integreren van natuur en biodiversiteit in de landbouw.
Voorbeelden van natuurinclusieve landbouw
Hoe kan natuurinclusieve landbouw worden toegepast? Er wordt op steeds grotere schaal geëxperimenteerd met verschillende maatregelen. Hieronder een aantal voorbeelden:
Bloemenranden om de akkers
Het is een mooie onderbreking om langs de strak ogende akkers met kaarsrechte rijen speelse randen te zien met bloemen. Deze bloemenranden zijn niet alleen goed voor het aanzicht maar vooral ook voor het insectenleven en de broedvogels.
- Natuurlijke vijanden van plaaginsecten worden aangetrokken door soorten in de stroken, terwijl de stroken onaantrekkelijk zijn voor de plaagsoorten zelf.
- Een andere belangrijke functie van bloemenranden is een efficiëntere bestuiving van gewassen en kunnen daarmee bijdragen aan een verbeterde gewasopbrengst.
- Deze akkerranden vormen bovendien een natuurlijke buffer die ervoor zorgt dat er geen gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen in het naastgelegen oppervlaktewater terecht komen.
De meeste akkerranden blijven staan tot 1 oktober, maar er zijn er ook die tot 1 maart in het volgend jaar blijven staan om in de winter akkervogels te voorzien van voedsel.
Koeien uit de stal, weidevogel in de wei
Niets mooier dan een koppel (melk)koeien in de wei. Door de komst van de ligboxenstallen met vaste melkstal is dit niet vanzelfsprekend meer. Voorheen bleven de koeien de hele zomer in de wei; zij werden ter plekke gemolken en na enige tijd was er weer een ander perceel waar de koeien naar werden ‘verweid’. Nadat het gebruikte perceel was verlaten kwam de veehouder met de weidesleep om het gras te beluchten en de molshopen en mest te verdelen. Hierbij kwamen insecten vrij die door weidevogels werden opgesoupeerd. Hierdoor ontstond voor de weidevogels een prima omgeving om in te leven. Deze mogelijkheid is nog steeds aanwezig met melk- en vleeskoeien die nog wel grazen in de weilanden en natuurgebieden. Door de oppervlakte van het te begrazen gebied te verkleinen en de koeien om de week of twee weken te ‘verweiden’ naar een ander perceel en daarna met de weidesleep het perceel te bewerken, wordt voor de weidevogels een betere biotoop gecreëerd.
Zonne-akkers
Bij duurzaam grondbeheer past mijns inziens ook de aanleg van zonneakkers; deze dragen bij aan winst voor het milieu, voor wat betreft de energietransitie. Het is daarbij belangrijk om de aanleg niet te grootschalig op te zetten en aandacht te besteden aan de landschappelijke inpassing. Door de randen van zonneakkers in te richten als bloemenstroken, houtwal of een natuurvriendelijke oever, kan een bijdrage worden geleverd aan de biodiversiteit.
Nog enkele laagdrempelige maatregelen
- rond erven en gebouwen plaatsen van nestkasten en ruimte geven aan ‘rommelhoekjes’ (voor kerkuil, steenuilen, bunzing en egel);
- niet kerende grondbewerking van akkers;
- minder bemesten van perceelsranden;
- niet-meemaaien van slootkanten;
- gefaseerd schonen van sloten (niet alles tegelijk) met natuurvriendelijke apparatuur.
Natuurinclusieve landbouw in mijn praktijk
Naast mijn werkzaamheden als rentmeester ben ik ook dagelijks bezig met mijn akkerbouwbedrijf van zo’n 30 hectare met een bouwplan van graan, bieten, aardappelen en niet te vergeten akkerranden. De akkerranden om mijn percelen zijn 6 meter breed en worden jaarlijks voor het grootste deel ingezaaid met bloemen en een deel met een voedermengsel voor de akkervogels in de winter. Chemische bestrijding tegen onkruid wordt in deze randen niet toegepast; met name distels worden afgemaaid voordat ze in bloei komen. De laatste jaren ontstaan in de randen op een aantal plekken kleine rietveldjes. Deze vormen
een fantastische schuilplaats voor vogels en wild.
Ruim veertig keer in mijn leven heb ik inmiddels de cyclus van ploegen, zaaien/poten, verzorgen en oogsten van bovengenoemde gewassen mogen uitvoeren, mij bewust van de noodzaak van duurzaam bodembeheer.
Ik ben voorstander van natuurinclusieve landbouw en realiseer me dat we grond als productiemiddel in ons mensenleven een korte tijd mogen beheren en daarna weer mogen doorgeven aan de volgende generatie. Het is zaak er zuinig op te zijn en er een mooi inkomen op te verdienen, zonder de bodem uit te putten. Graag wissel ik met u van gedachten over het toepassen van natuurinclusieve landbouw. Neem gerust contact op.